Inhoudsopgave
Inhoudsopgave- Wat is het Digitaal Productpaspoort?
- Wat is het Digitaal Productpaspoort?
- EU-doelstellingen en regelgevingskader
- Welke info staat er in een Digitaal Productpaspoort?
- Prioritaire sectoren en tijdschema voor de uitvoering
- Impact op supply chain management
- Uitdagingen bij de implementatie van het digitale productpaspoort
- Hoe je je kunt voorbereiden: aanbevelingen voor bedrijven
- Conclusie
Een van de meest gehoorde kritieken op de Europese Unie (EU) is dat ze te bureaucratisch is en te veel regels maakt. Zonder te zeggen of deze kritiek terecht is, komt er op middellange termijn een nieuwe regel: het Digitaal Productpaspoort (DPP).
Met deze maatregel wil de EU de transparantie en duurzaamheid in supply chain bevorderen door zowel bedrijven als consumenten toegang te geven tot gedetailleerde informatie over verschillende aspecten van producten, vooral wat betreft hun impact op het milieu.
Wat is het Digitaal Productpaspoort?
In wezen is het Digitaal Productpaspoort een “digitale identiteitskaart” die bij elk product, onderdeel of materiaal dat in de EU op de markt wordt gebracht, hoort. Met behulp van een gegevensdrager zoals een QR-code, barcode of elektronische tag slaat dit systeem gegevens op over de herkomst van het product, de gebruikte materialen en productieprocessen, het gebruik en onderhoud, en hoe het aan het einde van zijn levensduur moet worden behandeld (reparatie, recycling of verwijdering). Normaal gesproken is de informatie van het DPP beschikbaar door de identificatiecode te scannen (bijvoorbeeld met een smartphone), waardoor de geschiedenis en eigenschappen van het artikel kunnen worden geraadpleegd.
EU-doelstellingen en regelgevingskader
Het digitale productpaspoort is gemaakt in het kader van de Europese Green Deal en de strategie van de EU voor een circulaire economie, die tot doel hebben om in 2050 klimaatneutraal te zijn. De relevante wetgeving – Verordening (EU) 2024/1781 betreffende het ecologisch ontwerp van duurzame producten (ESPR) – bepaalt dat een digitaal paspoort verplicht wordt voor de meeste producten die in de EU op de markt worden gebracht.
Welke info staat er in een Digitaal Productpaspoort?
Wat er precies in het Digitaal Productpaspoort staat, hangt af van de categorie van het product, omdat de specifieke relevante gegevens per sector verschillen. Zo moet bijvoorbeeld voor batterijen de chemische samenstelling en recyclebaarheid worden vermeld, terwijl voor kleding de gebruikte stoffen en productieprocessen moeten worden gespecificeerd. De EU heeft echter minimale informatievereisten vastgesteld waaraan vrijwel alle DPP’s moeten voldoen. In het algemeen bevat een Digitaal Productpaspoort:
1. Productidentificatie en herkomst
Een unieke identificatiecode (productcode, GTIN, enz.) die aan het digitale paspoort is gekoppeld, samen met de gegevens van de fabrikant of importeur en de datum en plaats van productie. Dit zorgt ervoor dat elk item eenduidig kan worden gekoppeld aan het bijbehorende ‘digitale dossier’. In de huidige context, waarin beperkingen op de aankoop van producten uit bepaalde landen schering en inslag zijn, kan dit bijzonder relevant zijn.
2. Samenstelling en materialen
Details over hoe het product in elkaar zit, zoals de lijst met materialen, onderdelen en hun verhoudingen, waar de grondstoffen vandaan komen, of er gevaarlijke stoffen in zitten en hoeveel gerecycled materiaal erin zit. Deze info is superbelangrijk om te kijken hoe duurzaam het product is.
3. Ecologische voetafdruk
Indicatoren van milieuprestaties, zoals de koolstofvoetafdruk van het product (emissies die tijdens de productie en levenscyclus worden gegenereerd), de energie-efficiëntie, het waterverbruik tijdens de productie en zelfs milieuproductverklaringen of iets vergelijkbaars.
4. Duurzaamheid en repareerbaarheid
Info over de verwachte levensduur van het product, de weerstand en duurzaamheid ervan, en details om het onderhoud te vergemakkelijken. Het bevat bijvoorbeeld instructies voor correct gebruik, reparatie- en onderhoudsgidsen, de beschikbaarheid van reserveonderdelen en handleidingen voor demontage voor reparatie. Dit alles is bedoeld om de levensduur van het product te verlengen en voortijdige veroudering te voorkomen.
5. Einde van de levensduur en recycling
Richtlijnen voor de gebruiker of afvalbeheerder over hoe het product op de juiste manier kan worden afgevoerd of gerecycled wanneer het niet meer bruikbaar is. Dit omvat recyclinginstructies, mogelijkheden voor hergebruik of revisie, en informatie over de terugwinning van waardevolle materialen die in het product zitten. Dit onderdeel is bedoeld om de kringloop te sluiten door ervoor te zorgen dat producten niet op stortplaatsen terechtkomen, maar terugkeren naar de productieketen.
6. Naleving van regelgeving en certificeringen
Gegevens die laten zien dat het product aan alle regels en normen voldoet. Denk aan verwijzingen naar veiligheids- of duurzaamheidscertificaten die zijn behaald, resultaten van verplichte tests en dat het voldoet aan specifieke EU-eisen voor dat soort producten, enzovoort. Hierdoor kunnen autoriteiten en consumenten meteen checken of het product aan de wet voldoet en wat de kwalificaties ervan zijn.
Prioritaire sectoren en tijdschema voor de uitvoering
Gezien de ambitie van deze verordening zal de uitvoering van de DPP geleidelijk gebeuren. De EU heeft per sector prioriteiten vastgesteld op basis van de milieu-impact en het circulaire potentieel van elke industrie. De eerste sectoren die aan de beurt komen, zijn die met de grootste ecologische voetafdruk of het grootste afvalvolume, zoals batterijen, elektronische apparatuur, textiel en schoeisel.
Het huidige tijdschema is als volgt:
- De Ecodesign-verordening, de Europese verordening die het digitale productpaspoort introduceert, is in juli 2024 van kracht geworden en maakt de weg vrij voor de ontwikkeling van productspecifieke normen in de periode 2025-2026.
- In februari 2027 wordt de verplichting voor een digitaal paspoort van kracht voor industriële, automobiel- en draagbare batterijen die op de markt worden gebracht.
- In de loop van 2027 wordt de eerste golf van verplichte DPP’s verwacht voor sectoren zoals textiel/mode, consumentenelektronica, banden, wasmiddelen, enz., naarmate de overeenkomstige gedelegeerde handelingen worden goedgekeurd.
- Daarna, tussen 2028 en 2030, wordt de paspoortverplichting uitgebreid naar meer sectoren, misschien ook naar industrieën zoals verpakkingen en kunststoffen, chemicaliën, machines, meubels, matrassen en andere consumentengoederen.
Impact op supply chain management
In de praktijk zou het digitale productpaspoort invloed moeten hebben op het beheer van de toeleveringsketen door informatie over elke fase en elk onderdeel van het product toegankelijker te maken. Als er bijvoorbeeld een defect optreedt in een bepaalde partij producten, zou het digitale paspoort het mogelijk maken om de oorzaak van het probleem (een specifiek materiaal, een bepaalde leverancier, een bepaald productieproces) snel te lokaliseren en terugroepacties of correcties te versnellen. Ook kan een fabrikant meteen checken of de grondstoffen van zijn leveranciers gecertificeerd zijn en duurzaam zijn, wat het hele proces transparanter maakt. Het gewenste resultaat is een transparantere supply chain waarin alle spelers toegang hebben tot uniforme en verifieerbare productinformatie.
Uitdagingen bij de implementatie van het digitale productpaspoort
Vanwege de ambitie en reikwijdte ervan zal de implementatie van het DPP aanzienlijke uitdagingen met zich meebrengen.
Toegenomen werklast
Het verzamelen en bijwerken van gegevens zal extra werk met zich meebrengen voor bedrijven, met een bijzonder grote impact op kleinere bedrijven. Om aan de regelgeving te voldoen, zullen bedrijven moeten investeren in technologie en hun interne informatiebeheerprocessen moeten aanpassen. Ook zullen er procedures moeten worden opgezet om informatie uit meerdere bronnen in de hele keten (leveranciers van grondstoffen, fabrikanten van onderdelen, enz.) te verzamelen, wat complex kan zijn als een bedrijf niet gedigitaliseerd is.
Interoperabiliteit van gegevens
Een andere uitdaging is het waarborgen van de interoperabiliteit en kwaliteit van gegevens. Om het DPP in alle sectoren te laten werken, moet informatie aan gemeenschappelijke normen voldoen en door elk systeem correct worden geïnterpreteerd.
Verschillen tussen paspoorten uit verschillende sectoren
Als verschillende sectoren paspoorten ontwikkelen met heel verschillende eisen, kunnen leveranciers van grondstoffen of onderdelen die aan meerdere industrieën leveren, te maken krijgen met een overdaad aan werk omdat ze aan meerdere formaten moeten voldoen. Het is daarom belangrijk om te streven naar uniforme, open en machinaal leesbare formaten om versnippering te voorkomen die schadelijk zou zijn voor het hoofddoel. De bescherming van vertrouwelijke gegevens is ook een punt van zorg.
Internationale context
Veel van de belangrijkste spelers op het wereldtoneel zetten zich in om veel langzamer naar mondiale duurzaamheidsdoelstellingen toe te werken. Zo wordt bijvoorbeeld de reeds goedgekeurde verordening om de verkoop van auto’s met verbrandingsmotoren tegen 2035 in de EU te verbieden, alom in twijfel getrokken, terwijl de leiders van sommige staten de waarheid van de klimaatverandering rechtstreeks betwisten. In deze context kunnen initiatieven die milieuvriendelijkheid nastreven door middel van verplichte wetgeving, meer moeite hebben om geaccepteerd te worden.
Hoe je je kunt voorbereiden: aanbevelingen voor bedrijven
Deze nieuwe regelgeving is een uitdaging voor de privésector, vooral voor kleinere bedrijven die geen goed ontwikkelde compliance-afdeling hebben. Hier zijn wat algemene tips om het digitale productpaspoortproject goed te laten werken.
Beoordeel en digitaliseer beschikbare gegevens
Kijk welke productinfo je al hebt (technische fiches, samenstellingen, certificaten, CO2-voetafdrukgegevens, enz.) en zoek uit welke info nog ontbreekt. Het is belangrijk om alle relevante gegevens die alleen op papier of in losse systemen beschikbaar zijn te digitaliseren, zodat de info in een gestructureerd elektronisch formaat in het DPP kan worden gezet.
Implementeer een PIM-systeem of andere tools voor gegevensbeheer
Een Product Information Management (PIM) of een soortgelijk platform kan alle info op één plek verzamelen, zodat het altijd up-to-date en consistent is. Met deze tools kun je makkelijk automatisch de velden van het digitale paspoort invullen en wijzigingen bijwerken (bijvoorbeeld als er een leverancier of samenstelling verandert).
Werk samen met leveranciers en partners in de toeleveringsketen
Volledige traceerbaarheid kan alleen worden bereikt als alle schakels in de keten hun deel van de gegevens bijdragen. Het is raadzaam om met belangrijke leveranciers te communiceren om hen te informeren over toekomstige vereisten en om af te spreken hoe zij de benodigde informatie zullen uitwisselen. Door overeenkomsten voor het delen van gegevens te sluiten of systemen met leveranciers te integreren, kan worden gegarandeerd dat, wanneer het moment daar is, de details over de herkomst, materialen en certificeringen van elk onderdeel beschikbaar zijn.
Investeer in technologieën voor identificatie en gegevensverzameling
Bereid je voor om producten te labelen met QR-codes, RFID-tags of andere technologieën die gekoppeld zijn aan het DPP. Evalueer ook het gebruik van sensoren of volgsystemen die het verzamelen van bepaalde gegevens automatiseren (bijvoorbeeld energieverbruikmeters in de productie voor de CO2-voetafdruk). Door deze ondersteunende technologieën vroeg in te voeren, verloopt de overgang soepeler.
Benoem verantwoordelijke partijen en maak een intern plan
Stel binnen het bedrijf een DPP-team of -manager aan om deze inspanningen te leiden. Dit team moet een actieplan opstellen met duidelijke doelstellingen, KPI’s en deadlines, afgestemd op de deadlines van de EU. De voorbereiding kan bestaan uit interne training over het DPP, proefprojecten met bepaalde producten en de integratie van de nieuwe gegevensverzameling in de dagelijkse processen (bijvoorbeeld het opnemen van het invullen van het digitale paspoort in de productontwikkelingscyclus).
Door deze richtlijnen te volgen, kunnen bedrijven soepeler overstappen op het nieuwe model. Bovendien biedt een vroege voorbereiding de mogelijkheid om processen en systemen met voldoende tijd te verfijnen en feedback te krijgen van de relevante autoriteiten voordat naleving verplicht wordt.
Conclusie
Tien jaar geleden hebben 96 landen de Overeenkomst van Parijs getekend. Het was echt een wereldwijd akkoord om de strijd tegen klimaatverandering te versnellen. Nu is de tijdgeest totaal anders en zijn er niet veel landen die bereid zijn om ingrijpende milieumaatregelen te nemen als dat betekent dat ze een deel van hun economische groei moeten opgeven.
Als er vandaag in het Europees Parlement over het Europese digitale paspoort gestemd zou worden, met de huidige samenstelling van de politieke fracties, zou het best lastig zijn om het erdoor te krijgen. Maar het is zo dat de wet al is goedgekeurd en dat het nu alleen nog maar een kwestie is van het uitrollen en implementeren ervan. We zullen zien of er in de huidige situatie genoeg politieke wil is om dit te doen en of de deadlines die op papier staan gehaald worden.





